Pagina inhoud

    Executie van rechten aan toonder, op aandelen en effecten (Afd. 1A, Titel 2 Boek 2 Rv.)

    Inleiding executie van rechten aan toonder, op aandelen en effecten

    De regeling inzake executoriaal beslag op rechten aan toonder, op aandelen en effecten is opgenomen in Afd. 1A, Titel 2 van Boek II Rv.. Deze omvat 5 artikelen (art. 474a Rv. tot en met art. 474bb Rv.).

    Executie aandelen op naam

    De regeling inzake de executie van aandelen op naam is echter nader uitgewerkt in Afd. 1B. Zie de pagina Executie aandelen op naam.

    Beslag op rechten aan toonder

    Het beslag op rechten aan toonder of order geschiedt door beslag op het papier (art. 474a lid 1 Rv.). Afd. 1, 2 en 2B van deze Titel zijn overeenkomstig va toepassing.

    Als het recht een opeisbare vordering behelst, kan in plaats van verkoop van het papier worden overgegaan tot executoriaal beslag onder de schuldenaar van het recht aan order of toonder.

    De deurwaarder kan indien nodig het endossement op het stuk aantekenen met de woorden ’ter executie’ (art. 474a lid 2 Rv.). In geval van verkoop moeten de rechten op de aanplakbiljetten worden vermeld (art. 474a lid 3 Rv.).

    Executie van andere aandelen en effecten

    De executie van andere aandelen op naam dan die bedoeld in de volgende afdelingen en van effecten op naam die geen aandelen zijn, geschiedt met overeenkomstige toepassing van die afdeling (art. 474aa lid 1 Rv.). Zoals de verkoop van certificaten van aandelen.

    Lidmaatschapsrechten worden aangemerkt als aandelen op naam (art. 477aa lid 2 Rv.).

    Op executoriale verkoop van aandelen is de prospectusplicht niet van toepassing

    De Hoge Raad heeft in de zaak HR 28 september 2012 (Almer Beheer c.s./Van der Dungen c.s.) aanleiding gezien prejudiciële vragen te stellen aan het Europees Hof van Justitie, inhoudende of bij executoriale verkoop van effecten de prospectusplicht van artikel 5 lid 2 van de Wet op het financieel toezicht – uitvloeisel van Verordening (EG) nr. 809/2004 van 29 april 2004 tot uitvoering van Richtlijn 2003/71/EG wat de in het prospectus te verstrekken informatie, de vormgeving van het prospectus, de opneming van informatie door middel van verwijzing, de publicatie van het prospectus en de verspreiding van advertenties betreft, PbEU 2004, L 149/1.

    Het HvJ EU heeft in het arrest van 17 september 2014 (Almer c.s./Van der Dungen c.s.) bepaald, dat de executoriale verkoop van effecten niet gelijk is te stellen aan de normale verkoop daarvan. De prospectusplicht geldt in dit geval dan ook niet. Zie ook het artikel over dit arrest in het tijdschrift BER van mr. J.D. van Vlastuin.

    Afdracht van nog niet afgedragen baten

    Nog niet aan de geëxecuteerde verantwoorde en afgedragen baten, die voortvloeien uit een recht aan toonder of order, een aandeel op naam of een effect op naam dat geen aandeel is, en die bestaan in geld of andere waarden, vallen mede onder het beslag en moeten aan de deurwaarder worden verantwoord en op zijn verlangen aan hem worden afgedragen (art. 474b lid 1 Rv.).

    Als de schuldenaar deze uitkeringen echter al heeft gedaan aan iemand die zich met het waardepapier legitimeerde kan het beslag niet worden tegengeworpen (art. 474b lid 2 Rv.).

    De vereisten van betekening van het beslag (art. 475i Rv.), schorsing van de executie (art. 476 Rv.) en cumulatie van beslagen onder de derde (art. 478 Rv.) zijn van overeenkomstige toepassing (art. 474b lid 3 Rv.).

    Stemrecht verbonden aan beslagen effecten

    Het stemrecht verbonden aan een in beslag genomen goed als bedoeld in het vorige artikel, en andere aan een zodanig goed verbonden bevoegdheden die niet onder het vorige artikel vallen, blijven gedurende het beslag bij de geëxecuteerde (art. 474ba Rv.).

    Overige rechten verbonden aan beslagen effecten

    Rechten waarvan de executie niet elders geregeld is, en niet opeisbare rechten waarop beslag onder derden mogelijk is, kunnen met overeenkomstige toepassing van de eerste afdeling worden geëxecuteerd (art. 474bb lid 1 Rv.).

    Art. 474b Rv. en art. 474ba Rv. zijn onder hetzelfde voorbehoud van overeenkomstige toepassing (art. 474bb lid 2 Rv.).

    Gaat het om een recht dat jegens een derde moet worden uitgeoefend, dan is voor het beslag tevens betekening van het beslagexploot aan de derde vereist (art. 474bb lid 3 Rv.).

    De executie van een dergelijk recht kan op last van de Voorzieningenrechter worden gestaakt, als de executie onevenredig is jegens de geëxecuteerde (art. 474bb lid 4 Rv.).

    Auteur & Last edit

    [MdV, 26-01-2019; laatste bewerking 25-06-2023]

    Executie van rechten aan toonder, op aandelen en effecten (Afd. 1A, Titel 2 Boek 2 Rv.)

    Cicero Law Pack software advocaten juridische activiteiten online

    Pagina inhoud

      Executie van rechten aan toonder, op aandelen en effecten (Afd. 1A, Titel 2 Boek 2 Rv.)

      Inleiding executie van rechten aan toonder, op aandelen en effecten

      De regeling inzake executoriaal beslag op rechten aan toonder, op aandelen en effecten is opgenomen in Afd. 1A, Titel 2 van Boek II Rv.. Deze omvat 5 artikelen (art. 474a Rv. tot en met art. 474bb Rv.).

      Executie aandelen op naam

      De regeling inzake de executie van aandelen op naam is echter nader uitgewerkt in Afd. 1B. Zie de pagina Executie aandelen op naam.

      Beslag op rechten aan toonder

      Het beslag op rechten aan toonder of order geschiedt door beslag op het papier (art. 474a lid 1 Rv.). Afd. 1, 2 en 2B van deze Titel zijn overeenkomstig va toepassing.

      Als het recht een opeisbare vordering behelst, kan in plaats van verkoop van het papier worden overgegaan tot executoriaal beslag onder de schuldenaar van het recht aan order of toonder.

      De deurwaarder kan indien nodig het endossement op het stuk aantekenen met de woorden ’ter executie’ (art. 474a lid 2 Rv.). In geval van verkoop moeten de rechten op de aanplakbiljetten worden vermeld (art. 474a lid 3 Rv.).

      Executie van andere aandelen en effecten

      De executie van andere aandelen op naam dan die bedoeld in de volgende afdelingen en van effecten op naam die geen aandelen zijn, geschiedt met overeenkomstige toepassing van die afdeling (art. 474aa lid 1 Rv.). Zoals de verkoop van certificaten van aandelen.

      Lidmaatschapsrechten worden aangemerkt als aandelen op naam (art. 477aa lid 2 Rv.).

      Op executoriale verkoop van aandelen is de prospectusplicht niet van toepassing

      De Hoge Raad heeft in de zaak HR 28 september 2012 (Almer Beheer c.s./Van der Dungen c.s.) aanleiding gezien prejudiciële vragen te stellen aan het Europees Hof van Justitie, inhoudende of bij executoriale verkoop van effecten de prospectusplicht van artikel 5 lid 2 van de Wet op het financieel toezicht – uitvloeisel van Verordening (EG) nr. 809/2004 van 29 april 2004 tot uitvoering van Richtlijn 2003/71/EG wat de in het prospectus te verstrekken informatie, de vormgeving van het prospectus, de opneming van informatie door middel van verwijzing, de publicatie van het prospectus en de verspreiding van advertenties betreft, PbEU 2004, L 149/1.

      Het HvJ EU heeft in het arrest van 17 september 2014 (Almer c.s./Van der Dungen c.s.) bepaald, dat de executoriale verkoop van effecten niet gelijk is te stellen aan de normale verkoop daarvan. De prospectusplicht geldt in dit geval dan ook niet. Zie ook het artikel over dit arrest in het tijdschrift BER van mr. J.D. van Vlastuin.

      Afdracht van nog niet afgedragen baten

      Nog niet aan de geëxecuteerde verantwoorde en afgedragen baten, die voortvloeien uit een recht aan toonder of order, een aandeel op naam of een effect op naam dat geen aandeel is, en die bestaan in geld of andere waarden, vallen mede onder het beslag en moeten aan de deurwaarder worden verantwoord en op zijn verlangen aan hem worden afgedragen (art. 474b lid 1 Rv.).

      Als de schuldenaar deze uitkeringen echter al heeft gedaan aan iemand die zich met het waardepapier legitimeerde kan het beslag niet worden tegengeworpen (art. 474b lid 2 Rv.).

      De vereisten van betekening van het beslag (art. 475i Rv.), schorsing van de executie (art. 476 Rv.) en cumulatie van beslagen onder de derde (art. 478 Rv.) zijn van overeenkomstige toepassing (art. 474b lid 3 Rv.).

      Stemrecht verbonden aan beslagen effecten

      Het stemrecht verbonden aan een in beslag genomen goed als bedoeld in het vorige artikel, en andere aan een zodanig goed verbonden bevoegdheden die niet onder het vorige artikel vallen, blijven gedurende het beslag bij de geëxecuteerde (art. 474ba Rv.).

      Overige rechten verbonden aan beslagen effecten

      Rechten waarvan de executie niet elders geregeld is, en niet opeisbare rechten waarop beslag onder derden mogelijk is, kunnen met overeenkomstige toepassing van de eerste afdeling worden geëxecuteerd (art. 474bb lid 1 Rv.).

      Art. 474b Rv. en art. 474ba Rv. zijn onder hetzelfde voorbehoud van overeenkomstige toepassing (art. 474bb lid 2 Rv.).

      Gaat het om een recht dat jegens een derde moet worden uitgeoefend, dan is voor het beslag tevens betekening van het beslagexploot aan de derde vereist (art. 474bb lid 3 Rv.).

      De executie van een dergelijk recht kan op last van de Voorzieningenrechter worden gestaakt, als de executie onevenredig is jegens de geëxecuteerde (art. 474bb lid 4 Rv.).

      Auteur & Last edit

      [MdV, 26-01-2019; laatste bewerking 25-06-2023]

      Executie van rechten aan toonder, op aandelen en effecten (Afd. 1A, Titel 2 Boek 2 Rv.)

      Zoeken binnen de kennisbank

      Lawyrup, jouw gratis kennisbank over burgerlijk (proces)recht!