Pagina inhoud

    Algemene bepalingen pacht (Afd. 1, Titel 5, Boek 7 B.W.)

    Inleiding algemene bepalingen pacht

    In Afd. 1, Titel 5, Boek 7 B.W. worden enkele algemene bepalingen gegeven voor de pachtovereenkomst. De afdeling bevat 6 artikelen (art. 7:311 B.W. tot en met art. 7:316 B.W.).

    Definitie pacht

    In art. 7:311 B.W. wordt de definitie van de pachtovereenkomst gegeven:

    “Pacht is de overeenkomst waarbij de verpachter zich verbindt aan de pachter een onroerende zaak of een gedeelte daarvan in gebruik te verstrekken ter uitoefening van de landbouw en de pachter zich verbindt tot een tegenprestatie”.

    In het arrest HR 20 december 2019 (overeenkomst van inscharing) kwam de vraag aan de orde, op grond waarvan de rechter moet vaststellen of een overeenkomst een pachtovereenkomst is en of daarbij de bedoeling van partijen van belang is (quod non). Zie de bespreking van dit arrest op Lawyrup (lees Rechtspraak).

    Definitie landbouw in pachtrecht

    In art. 7:312 B.W. wordt “landbouw” nader gedefinieerd. Daaronder wordt verstaan, voorzover bedrijfsmatig uitgeoefend: akkerbouw; weidebouw; veehouderij; pluimveehouderij; tuinbouw, daaronder begrepen fruitteelt en het kweken van bomen, bloemen en bloembollen; de teelt van griendhout en riet; elke andere tak van bodemcultuur, met uitzondering van de bosbouw.

    Definitie hoeve in pachtrecht

    Een hoeve is een complex bestaande uit een of meer gebouwen of gedeelten daarvan en het daarbij behorende land, dienende tot de uitoefening van de landbouw (art. 7:313 lid 1 B.W.).

    Het bepaalde met betrekking tot los land geldt ook voor de opstallen dienstig aan de landbouw (schuren, hooibergen en zo) (art. 7:313 lid 2 B.W.). Tenzij daarvoor aparte overeenkomsten zijn gesloten (lid 2).

    Ook andere bijbehorende gronden die niet tot de landbouw dienen – zoals houtopstanden – horen tot het verpachte (lid 4).

    Verpachte grond langs water

    Op verpachte dat aan water ligt geldt ook art. 5:29 B.W. en art. 5:34 B.W.. Zie ook de pagina Eigendom van onroerende zaken.

    Definitie pleegkind

    Om één of andere reden is bij de pachtovereenkomst de familierelatie zo van belang, dat voor de toepassing van pacht ook een aparte definitie van “pleegkind” wordt gegeven: degenen die duurzaam als eigen kind is onderhouden en opgevoed (art. 7:314 B.W.).

    Vruchtgebruik pachter

    De pacht omvat tevens het vruchtgebruik van het gepachte land (art. 7:316 B.W.).

    Auteur & Last edit

    [MdV, 26-09-2018; laatste bewerking 7-10-2023]

    Algemene bepalingen pacht (Afd. 1, Titel 5, Boek 7 B.W.)

    Cicero Law Pack software advocaten juridische activiteiten online

    Praktizijns

    Pagina inhoud

      Algemene bepalingen pacht (Afd. 1, Titel 5, Boek 7 B.W.)

      Inleiding algemene bepalingen pacht

      In Afd. 1, Titel 5, Boek 7 B.W. worden enkele algemene bepalingen gegeven voor de pachtovereenkomst. De afdeling bevat 6 artikelen (art. 7:311 B.W. tot en met art. 7:316 B.W.).

      Definitie pacht

      In art. 7:311 B.W. wordt de definitie van de pachtovereenkomst gegeven:

      “Pacht is de overeenkomst waarbij de verpachter zich verbindt aan de pachter een onroerende zaak of een gedeelte daarvan in gebruik te verstrekken ter uitoefening van de landbouw en de pachter zich verbindt tot een tegenprestatie”.

      In het arrest HR 20 december 2019 (overeenkomst van inscharing) kwam de vraag aan de orde, op grond waarvan de rechter moet vaststellen of een overeenkomst een pachtovereenkomst is en of daarbij de bedoeling van partijen van belang is (quod non). Zie de bespreking van dit arrest op Lawyrup (lees Rechtspraak).

      Definitie landbouw in pachtrecht

      In art. 7:312 B.W. wordt “landbouw” nader gedefinieerd. Daaronder wordt verstaan, voorzover bedrijfsmatig uitgeoefend: akkerbouw; weidebouw; veehouderij; pluimveehouderij; tuinbouw, daaronder begrepen fruitteelt en het kweken van bomen, bloemen en bloembollen; de teelt van griendhout en riet; elke andere tak van bodemcultuur, met uitzondering van de bosbouw.

      Definitie hoeve in pachtrecht

      Een hoeve is een complex bestaande uit een of meer gebouwen of gedeelten daarvan en het daarbij behorende land, dienende tot de uitoefening van de landbouw (art. 7:313 lid 1 B.W.).

      Het bepaalde met betrekking tot los land geldt ook voor de opstallen dienstig aan de landbouw (schuren, hooibergen en zo) (art. 7:313 lid 2 B.W.). Tenzij daarvoor aparte overeenkomsten zijn gesloten (lid 2).

      Ook andere bijbehorende gronden die niet tot de landbouw dienen – zoals houtopstanden – horen tot het verpachte (lid 4).

      Verpachte grond langs water

      Op verpachte dat aan water ligt geldt ook art. 5:29 B.W. en art. 5:34 B.W.. Zie ook de pagina Eigendom van onroerende zaken.

      Definitie pleegkind

      Om één of andere reden is bij de pachtovereenkomst de familierelatie zo van belang, dat voor de toepassing van pacht ook een aparte definitie van “pleegkind” wordt gegeven: degenen die duurzaam als eigen kind is onderhouden en opgevoed (art. 7:314 B.W.).

      Vruchtgebruik pachter

      De pacht omvat tevens het vruchtgebruik van het gepachte land (art. 7:316 B.W.).

      Auteur & Last edit

      [MdV, 26-09-2018; laatste bewerking 7-10-2023]

      Algemene bepalingen pacht (Afd. 1, Titel 5, Boek 7 B.W.)

      Zoeken binnen de kennisbank

      Lawyrup, jouw gratis kennisbank over burgerlijk (proces)recht!