Pagina inhoud

    Huwelijk (Titel 5, Boek 1 B.W.)

    Inleiding huwelijk

    In Titel 5 van Boek 1 B.W. is de wettelijke regeling van het huwelijk te vinden. De Titel kent 6 afdelingen, voorafgegaan door een ‘algemene bepaling’. Afd. 5a (Omzetting huwelijk in een geregistreerd partnerschap) is per 1 maart 2009 vervallen.

    Algemene bepaling huwelijk

    Art. 1:30 lid 1 B.W. bepaalt, dat een huwelijk (in Nederland) kan worden gesloten tussen twee mensen van verschillend, of van hetzelfde geslacht.

    De wet beschouwt het huwelijk alleen in zijn burgerlijke betrekkingen (lid 2). Dat wil zeggen dat de wet alleen kijkt naar de civielrechtelijke gevolgen, en bij voorbeeld niet naar eventuele religieuze aspecten.

    Vereisten voor het aangaan van een huwelijk (Afd. 1)

    In Afd. 1, Titel 5, Boek 1 B.W. wordt ingegaan op de vereisten van het aangaan van een huwelijk. Deze Afd. omvat effectief 9 bepalingen (art. 1:31 B.W. tot en met art. 1:42 B.W.). Vier van de 13 bepalingen zijn vervallen.

    Formaliteiten die aan de voltrekking van het huwelijk moeten voorafgaan (Afd. 2)

    In Afd. 2, Titel 5, Boek 1 B.W. wordt ingegaan op de formaliteiten voorafgaand aan een huwelijk. Deze Afd. omvat effectief 7 bepalingen (art. 1:44 B.W. tot en met art. 1:49a B.W.). Twee van de 9 bepalingen zijn vervallen.

    Stuiting van het huwelijk (Afd. 3)

    In Afd. 3, Titel 5, Boek 1 B.W. geeft bepalingen voor de stuiting van een huwelijk. Deze Afd. omvat 8 bepalingen (art. 1:50 B.W. tot en met art. 1:57 B.W.). Iedereen kent wel de Engelse en Amerikaanse films, waarin de aanwezigen voor de huwelijksvoltrekking wordt gevraagd, of er iemand bezwaar heeft tegen het huwelijk. Die moet zich dan nu uitspreken, ‘or forever hold your peace’. Dat gaat dus over de stuiting (het voorkomen) van een huwelijk.

    De wet geeft in art. 1:50 B.W. drie situaties, waarin een huwelijk kan worden gestuit:

    – wanneer partijen niet de vereisten in zich verenigen om een huwelijk aan te gaan, of
    – wanneer partijen niet beiden hun vrije toestemming tot het huwelijk zullen geven dan wel
    – wanneer het oogmerk van de aanstaande echtgenoten, of één hunner, niet is gericht op de vervulling van de door de wet aan de huwelijkse staat verbonden plichten, doch op het verkrijgen van toelating tot Nederland.

    De voltrekking van het huwelijk (Afd. 4)

    In Afd. 4, Titel 5, Boek 1 B.W. wordt ingegaan op de formaliteiten van de voltrekking van een huwelijk. Deze Afd. omvat effectief 8 bepalingen (art. 1:58 B.W. tot en met art. 1:68 B.W.). Drie van de 11 bepalingen zijn vervallen.

    Nietigverklaring van het huwelijk (Afd. 5)

    Afd. 5, Titel 5, Boek 1 B.W. behandelt de nietigverklaring van een huwelijk. Deze Afd. omvat 10 bepalingen (art. 1:69 B.W. tot en met art. 1:77 B.W.).

    Bewijs van het bestaan van het huwelijk (Afd. 6)

    Afd. 6, Titel 5, Boek 1 B.W. bevat 3 bepalingen die gaan over het bewijs van een huwelijk (art. 1:78 B.W. tot en met art. 1:80 B.W.). Het gaat daarbij niet om een bloedvlek in het laken van de echtelijke sponde (zoals in de serie over Koningin Sisi van Oostenrijk).

    Het bestaan van een in Nederland gesloten huwelijk kan niet anders worden bewezen dan door de huwelijksakte dan wel door de akte van omzetting ex art. 1:80g B.W. (van een geregistreerd partnerschap naar een huwelijk), behoudens in de gevallen voorzien in art. 1:79 B.W. of art. 1:80 B.W. (art. 1:78 B.W.).

    Als het huwelijksregister verloren is gegaan, dan kan bewijs van het huwelijk worden geleverd door getuigen (art. 1:79 B.W.).

    Wordt in een geding betwist dat een kind, dat uiterlijk bezit van staat heeft, uit een huwelijk is geboren, dan levert het feit dat de ouders openlijk als man en vrouw hebben geleefd, voldoende bewijs op (art. 1:80 B.W.).

    Dit laatste is een verwijzing naar art. 1:209 B.W., dat luidt: “Iemands afstamming volgens zijn geboorteakte kan door een ander niet worden betwist, indien hij een staat overeenkomstig die akte heeft.” Het begrip ‘bezit van staat’ houdt dus in, dat iemand een familierechtelijke staat (status) heeft, zoals blijkend uit de openbare registers. Zie de pagina Inroeping of betwisting van staat.

    Auteur & Last edit

    [MdV, 19-02-2022]

    Pagina inhoud

      Huwelijk (Titel 5, Boek 1 B.W.)

      Inleiding huwelijk

      In Titel 5 van Boek 1 B.W. is de wettelijke regeling van het huwelijk te vinden. De Titel kent 6 afdelingen, voorafgegaan door een ‘algemene bepaling’. Afd. 5a (Omzetting huwelijk in een geregistreerd partnerschap) is per 1 maart 2009 vervallen.

      Algemene bepaling huwelijk

      Art. 1:30 lid 1 B.W. bepaalt, dat een huwelijk (in Nederland) kan worden gesloten tussen twee mensen van verschillend, of van hetzelfde geslacht.

      De wet beschouwt het huwelijk alleen in zijn burgerlijke betrekkingen (lid 2). Dat wil zeggen dat de wet alleen kijkt naar de civielrechtelijke gevolgen, en bij voorbeeld niet naar eventuele religieuze aspecten.

      Vereisten voor het aangaan van een huwelijk (Afd. 1)

      In Afd. 1, Titel 5, Boek 1 B.W. wordt ingegaan op de vereisten van het aangaan van een huwelijk. Deze Afd. omvat effectief 9 bepalingen (art. 1:31 B.W. tot en met art. 1:42 B.W.). Vier van de 13 bepalingen zijn vervallen.

      Formaliteiten die aan de voltrekking van het huwelijk moeten voorafgaan (Afd. 2)

      In Afd. 2, Titel 5, Boek 1 B.W. wordt ingegaan op de formaliteiten voorafgaand aan een huwelijk. Deze Afd. omvat effectief 7 bepalingen (art. 1:44 B.W. tot en met art. 1:49a B.W.). Twee van de 9 bepalingen zijn vervallen.

      Stuiting van het huwelijk (Afd. 3)

      In Afd. 3, Titel 5, Boek 1 B.W. geeft bepalingen voor de stuiting van een huwelijk. Deze Afd. omvat 8 bepalingen (art. 1:50 B.W. tot en met art. 1:57 B.W.). Iedereen kent wel de Engelse en Amerikaanse films, waarin de aanwezigen voor de huwelijksvoltrekking wordt gevraagd, of er iemand bezwaar heeft tegen het huwelijk. Die moet zich dan nu uitspreken, ‘or forever hold your peace’. Dat gaat dus over de stuiting (het voorkomen) van een huwelijk.

      De wet geeft in art. 1:50 B.W. drie situaties, waarin een huwelijk kan worden gestuit:

      – wanneer partijen niet de vereisten in zich verenigen om een huwelijk aan te gaan, of
      – wanneer partijen niet beiden hun vrije toestemming tot het huwelijk zullen geven dan wel
      – wanneer het oogmerk van de aanstaande echtgenoten, of één hunner, niet is gericht op de vervulling van de door de wet aan de huwelijkse staat verbonden plichten, doch op het verkrijgen van toelating tot Nederland.

      De voltrekking van het huwelijk (Afd. 4)

      In Afd. 4, Titel 5, Boek 1 B.W. wordt ingegaan op de formaliteiten van de voltrekking van een huwelijk. Deze Afd. omvat effectief 8 bepalingen (art. 1:58 B.W. tot en met art. 1:68 B.W.). Drie van de 11 bepalingen zijn vervallen.

      Nietigverklaring van het huwelijk (Afd. 5)

      Afd. 5, Titel 5, Boek 1 B.W. behandelt de nietigverklaring van een huwelijk. Deze Afd. omvat 10 bepalingen (art. 1:69 B.W. tot en met art. 1:77 B.W.).

      Bewijs van het bestaan van het huwelijk (Afd. 6)

      Afd. 6, Titel 5, Boek 1 B.W. bevat 3 bepalingen die gaan over het bewijs van een huwelijk (art. 1:78 B.W. tot en met art. 1:80 B.W.). Het gaat daarbij niet om een bloedvlek in het laken van de echtelijke sponde (zoals in de serie over Koningin Sisi van Oostenrijk).

      Het bestaan van een in Nederland gesloten huwelijk kan niet anders worden bewezen dan door de huwelijksakte dan wel door de akte van omzetting ex art. 1:80g B.W. (van een geregistreerd partnerschap naar een huwelijk), behoudens in de gevallen voorzien in art. 1:79 B.W. of art. 1:80 B.W. (art. 1:78 B.W.).

      Als het huwelijksregister verloren is gegaan, dan kan bewijs van het huwelijk worden geleverd door getuigen (art. 1:79 B.W.).

      Wordt in een geding betwist dat een kind, dat uiterlijk bezit van staat heeft, uit een huwelijk is geboren, dan levert het feit dat de ouders openlijk als man en vrouw hebben geleefd, voldoende bewijs op (art. 1:80 B.W.).

      Dit laatste is een verwijzing naar art. 1:209 B.W., dat luidt: “Iemands afstamming volgens zijn geboorteakte kan door een ander niet worden betwist, indien hij een staat overeenkomstig die akte heeft.” Het begrip ‘bezit van staat’ houdt dus in, dat iemand een familierechtelijke staat (status) heeft, zoals blijkend uit de openbare registers. Zie de pagina Inroeping of betwisting van staat.

      Auteur & Last edit

      [MdV, 19-02-2022]

      Huwelijk (Titel 5, Boek 1 B.W.)

      Zoeken binnen de kennisbank

      Lawyrup, jouw gratis kennisbank over burgerlijk (proces)recht!