Gelijke behandeling werknemers (Afd. 4, Titel 10, Boek 7 B.W.)
Inleiding gelijke behandeling werknemers
In het kader van de gelijkheid tussen mannen en vrouwen, maar meer fundamenteel op grond van art. 1 van de Grondwet, is in het arbeidsrecht het recht op gelijke behandeling expliciet opgenomen.
Ook hier uiteraard weer vanwege de kwetsbare positie van de werknemer. Natuurlijk gelden deze beginselen ook binnen andere rechtsverhoudingen, maar de wetgever heeft het nodig gevonden dit principe hier verder uit te werken.
De bepalingen inzake gelijke behandeling zijn opgenomen in Afd. 4 van Titel 10 Boek 7 (art. 7:646 B.W. t/m art. 7:649 B.W.). Het zijn maar drie bepalingen omdat art. 647 is vervallen.
Inhoud regeling gelijke behandeling
In de kern bepaalt de wet dat de werkgever geen onderscheid mag maken:
– bij het aangaan van de arbeidsovereenkomst (art. 7:646 B.W.)
– wat betreft de arbeidsduur en de arbeidsvoorwaarden (art. 7:648 B.W.)
– wat betreft het slechts tijdelijk in dienst nemen (art. 7:649 B.W.)
Dat dit in de praktijk nog veel verbetering verdient blijkt wel uit regelmatig onderzoek waaruit blijkt dat bvb. allochtonen moeilijker aan werk komen, of onderzoek waaruit blijkt dat vrouwen voor hetzelfde werk vaak minder betaald krijgen dan mannen en minder makkelijk tot leidinggevende functies doordringen.
Werkgever moet vrouwen veilige werkomgeving bieden
Niet alleen mag de werkgever de werknemer niet op grond van sekse discrimineren, de werkgever moet ook een veilige werkomgeving bieden en seksistisch gedrag tegengaan. In de zaak Rb. Amsterdam 24 maart 2021 (vrouwelijke trader/Optiver Services) komt naar voren, dat in sommige (of veel?) bedrijven een seksistische en daardoor vrouwonvriendelijke werksfeer nog steeds voorkomt. Vrouwen die zich daar kritisch over uitlaten kunnen zich niet handhaven. Het is aan de werkgever om orde op zaken te stellen. Deze werkneemster verloor in ieder geval haar baan, hoewel ze een ruime vergoeding ontving. Gelet op de hoge vergoedingen die in die branche verdiend worden vermoedelijk toch een schrale troost.
Rechtspraak
HR 6 november 2020 (docente Rijnlands Lyceum) – de Hoge Raad beantwoordt prejudiciële vragen van de Kantonrechter over een bepaling in de CAO, waarin wordt bepaald dat samenloop van opbouw van vakantieverlof en zwangerschapsverlof wordt uitgesloten. Deze bepaling is strijdig met art. 7:646 B.W. en daarmee nietig. De Hoge Raad geeft daarin ook de relevante jurisprudentie van het EU HvJ weer.
Auteur & Last edit
[MdV, 10-09-2016; laatste bewerking 29-04-2021]
Gelijke behandeling werknemers (Afd. 4, Titel 10, Boek 7 B.W.)
Inleiding gelijke behandeling werknemers
In het kader van de gelijkheid tussen mannen en vrouwen, maar meer fundamenteel op grond van art. 1 van de Grondwet, is in het arbeidsrecht het recht op gelijke behandeling expliciet opgenomen.
Ook hier uiteraard weer vanwege de kwetsbare positie van de werknemer. Natuurlijk gelden deze beginselen ook binnen andere rechtsverhoudingen, maar de wetgever heeft het nodig gevonden dit principe hier verder uit te werken.
De bepalingen inzake gelijke behandeling zijn opgenomen in Afd. 4 van Titel 10 Boek 7 (art. 7:646 B.W. t/m art. 7:649 B.W.). Het zijn maar drie bepalingen omdat art. 647 is vervallen.
Inhoud regeling gelijke behandeling
In de kern bepaalt de wet dat de werkgever geen onderscheid mag maken:
– bij het aangaan van de arbeidsovereenkomst (art. 7:646 B.W.)
– wat betreft de arbeidsduur en de arbeidsvoorwaarden (art. 7:648 B.W.)
– wat betreft het slechts tijdelijk in dienst nemen (art. 7:649 B.W.)
Dat dit in de praktijk nog veel verbetering verdient blijkt wel uit regelmatig onderzoek waaruit blijkt dat bvb. allochtonen moeilijker aan werk komen, of onderzoek waaruit blijkt dat vrouwen voor hetzelfde werk vaak minder betaald krijgen dan mannen en minder makkelijk tot leidinggevende functies doordringen.
Werkgever moet vrouwen veilige werkomgeving bieden
Niet alleen mag de werkgever de werknemer niet op grond van sekse discrimineren, de werkgever moet ook een veilige werkomgeving bieden en seksistisch gedrag tegengaan. In de zaak Rb. Amsterdam 24 maart 2021 (vrouwelijke trader/Optiver Services) komt naar voren, dat in sommige (of veel?) bedrijven een seksistische en daardoor vrouwonvriendelijke werksfeer nog steeds voorkomt. Vrouwen die zich daar kritisch over uitlaten kunnen zich niet handhaven. Het is aan de werkgever om orde op zaken te stellen. Deze werkneemster verloor in ieder geval haar baan, hoewel ze een ruime vergoeding ontving. Gelet op de hoge vergoedingen die in die branche verdiend worden vermoedelijk toch een schrale troost.
Rechtspraak
HR 6 november 2020 (docente Rijnlands Lyceum) – de Hoge Raad beantwoordt prejudiciële vragen van de Kantonrechter over een bepaling in de CAO, waarin wordt bepaald dat samenloop van opbouw van vakantieverlof en zwangerschapsverlof wordt uitgesloten. Deze bepaling is strijdig met art. 7:646 B.W. en daarmee nietig. De Hoge Raad geeft daarin ook de relevante jurisprudentie van het EU HvJ weer.
Auteur & Last edit
[MdV, 10-09-2016; laatste bewerking 29-04-2021]
Gelijke behandeling werknemers (Afd. 4, Titel 10, Boek 7 B.W.)
Zoeken binnen de kennisbank
Lawyrup, jouw gratis kennisbank over burgerlijk (proces)recht!