Koop op proef (Afd. 9, Titel 1, Boek 7 B.W.)
Inleiding koop op proef
In Afd. 9, Titel 1, Boek 7 B.W. is de zgn. koop op proef geregeld. De regeling is vrij beperkt en omvat maar twee artikelen.
Opschortende voorwaarde
In art. 7:45 lid 1 B.W. is bepaald, dat de koop op proef is te kwalificeren als een koop onder opschortende voorwaarde. En wel de voorwaarde “dat de zaak de koper voldoet”. Dat is een wat summiere manier om te zeggen: aan de wensen en (redelijke) verwachtingen van de koper voldoet.
In de zaak PG Hoge Raad 19 december 2003 (leidend tot art. 80 RO afwijzing cassatieberoep) oordeelde het Hof niet is komen vast te staan dat de koopovereenkomst een voorwaardelijke verbintenis bevat (rov. 4.3.2) en dat niet is komen vast te staan dat eiser er in is geslaagd een deugdelijk functionerende zeefmachine aan gedaagde te demonstreren die de overeengekomen eigenschappen bezit. De Hoge Raad ziet geen reden tot cassatie.
Zie voor de opschortende voorwaarde ook de pagina Voorwaardelijke verbintenissen.
Termijn
De koper kan de zaak uiteraard niet eindeloos “op zicht” houden en zal dus binnen een redelijke termijn moeten beslissen of de zaak wel of niet aan zijn verwachtingen voldoet. Aldus bepaalt dan ook art. 7:45 lid 1 B.W..
Risico-overgang
Bij een koop op proef (dus onder opschortende voorwaarde) blijft het risico voor de verkochte zaak voor de verkopende partij (art. 7:46 B.W.). Blijkens het vonnis van Rb. Middelburg 11 maart 2009 (Baby in Beeld/verloskundigenpraktijk) ziet dit risico bij koop op proef op de betaling van de koopprijs. Dit risico omvat niet het risico voor het tekortschieten in voornoemde zorgplicht van gedaagde.
Rechtspraak
Hof Den Haag d.d. 2 februari 2016 – proefrit kwalificeert (nog) niet als koop op proef.
PG Hoge Raad 19 december 2003 – koper heeft machine onder voorwaarde “proefdraaien” gekocht; voorwaardelijke verbintenis; eiser is er niet in is geslaagd een deugdelijk functionerende zeefmachine aan gedaagde te demonstreren die de overeengekomen eigenschappen bezit;
Rb. Middelburg 11 maart 2009 (Baby in Beeld/verloskundigenpraktijk) – risico voor verkoper ontslaat de koper (op proef) niet van de plicht om de nodige zorg in acht te nemen met betrekking tot de zaak tijdens de periode waarin de zaak in bezit van de koper is.
Auteur & Last edit
[MdV, 17-09-2018]
Koop op proef (Afd. 9, Titel 1, Boek 7 B.W.)
Inleiding koop op proef
In Afd. 9, Titel 1, Boek 7 B.W. is de zgn. koop op proef geregeld. De regeling is vrij beperkt en omvat maar twee artikelen.
Opschortende voorwaarde
In art. 7:45 lid 1 B.W. is bepaald, dat de koop op proef is te kwalificeren als een koop onder opschortende voorwaarde. En wel de voorwaarde “dat de zaak de koper voldoet”. Dat is een wat summiere manier om te zeggen: aan de wensen en (redelijke) verwachtingen van de koper voldoet.
In de zaak PG Hoge Raad 19 december 2003 (leidend tot art. 80 RO afwijzing cassatieberoep) oordeelde het Hof niet is komen vast te staan dat de koopovereenkomst een voorwaardelijke verbintenis bevat (rov. 4.3.2) en dat niet is komen vast te staan dat eiser er in is geslaagd een deugdelijk functionerende zeefmachine aan gedaagde te demonstreren die de overeengekomen eigenschappen bezit. De Hoge Raad ziet geen reden tot cassatie.
Zie voor de opschortende voorwaarde ook de pagina Voorwaardelijke verbintenissen.
Termijn
De koper kan de zaak uiteraard niet eindeloos “op zicht” houden en zal dus binnen een redelijke termijn moeten beslissen of de zaak wel of niet aan zijn verwachtingen voldoet. Aldus bepaalt dan ook art. 7:45 lid 1 B.W..
Risico-overgang
Bij een koop op proef (dus onder opschortende voorwaarde) blijft het risico voor de verkochte zaak voor de verkopende partij (art. 7:46 B.W.). Blijkens het vonnis van Rb. Middelburg 11 maart 2009 (Baby in Beeld/verloskundigenpraktijk) ziet dit risico bij koop op proef op de betaling van de koopprijs. Dit risico omvat niet het risico voor het tekortschieten in voornoemde zorgplicht van gedaagde.
Rechtspraak
Hof Den Haag d.d. 2 februari 2016 – proefrit kwalificeert (nog) niet als koop op proef.
PG Hoge Raad 19 december 2003 – koper heeft machine onder voorwaarde “proefdraaien” gekocht; voorwaardelijke verbintenis; eiser is er niet in is geslaagd een deugdelijk functionerende zeefmachine aan gedaagde te demonstreren die de overeengekomen eigenschappen bezit;
Rb. Middelburg 11 maart 2009 (Baby in Beeld/verloskundigenpraktijk) – risico voor verkoper ontslaat de koper (op proef) niet van de plicht om de nodige zorg in acht te nemen met betrekking tot de zaak tijdens de periode waarin de zaak in bezit van de koper is.
Auteur & Last edit
[MdV, 17-09-2018]
Koop op proef (Afd. 9, Titel 1, Boek 7 B.W.)
Zoeken binnen de kennisbank
Lawyrup, jouw gratis kennisbank over burgerlijk (proces)recht!