Pagina inhoud

    Vereniging van eigenaren (Afd. 2, Titel 9, Boek 5 B.W.)

    Inleiding vereniging van eigenaren

    Voor het gezamenlijk beheer van appartementsrechten is een vereniging van eigenaren nodig (of zoals de wet het noemt: “vereniging van eigenaars”). In de praktijk vaak afgekort als “VvE”. Zie over het meervoud met -s of met -en ook het interessante lemma op de website van Onze Taal.

    Is het leraars of leraren? Is het handelaars of handelaren? Is het metselaars of metselaren? Ínteresting!

    De wettelijke regeling van de VvE is opgenomen in Afd. 2, Titel 9 van Boek 5 B.W.. De regeling omvat 13 bepalingen (art. 5:124 B.W. tot en met art. 5:135 B.W.).

    Wetsgeschiedenis regeling VvE

    De regeling is enkele keren gewijzigd. Tot 1972 was het appartementsrecht geregeld in de art. 638a-638t (oud) B.W.. Deze bepalingen schreven niet de oprichting van een rechtspersoonlijkheid bezittende vereniging van eigenaars voor, maar regelden slechts de vorm van haar organisatie voor het geval zij werd opgericht.

    Bij wetswijziging van 1972 (Wet van 7 september 1972, Stb. 467) is de oprichting van een vereniging van eigenaars verplicht gesteld in geval van splitsing van een gebouw in appartementen (art. 875e lid 1, aanhef en onder d, (oud) BW). Ingevolge art. 875f lid 1, aanhef en onder e, (oud) B.W., deed het ondertekenen van een splitsingsakte echter niet zonder meer een vereniging van eigenaars ontstaan. Dit was pas het geval indien de splitsingsakte mede de akte van oprichting en de statuten van een VvE inhield.

    Bij de invoering van de huidige wet in 1992 is art. 875f lid 1, aanhef en onder e, (oud) B.W. vernummerd tot art. 5:112 lid 1, aanhef en onder e B.W..

    Bij Wet van 19 februari 2005, in werking getreden op 1 mei 2005, Stb. 160, is art. 5:125 lid 3 B.W. komen te vervallen. Hierin werd bepaald dat indien op het tijdstip van de inschrijving van de splitsingsakte alle appartementsrechten nog aan één persoon of dezelfde personen toebehoren, de vereniging van eigenaars eerst ontstaat zodra de appartementsrechten aan verschillende personen toebehoren (vgl. Kamerstukken II 2002-2003, 28 614, nr. 3, p. 6).

    De Vereniging van Eigenaren (VvE) is een rechtspersoon

    De VvE is een rechtspersoon in de zin van Boek 2 B.W. (Rechtspersonen) (art. 5:124 lid 1 B.W.).

    Deze titel is bij wet van 19 februari 2005, Stb. 160 per 1 mei 2005 ingrijpend gewijzigd. Door de invoering van deze wet per 1 mei 2005 ontstaat de rechtspersoon ‘vereniging van eigenaars’ door de ondertekening van de akte van splitsing. Blijkens het arrest HR 12 april 2013 (erfgenaam appartementsrecht/VvE) is een oprichtingshandeling als waarop artikel 2:4 B.W. ziet voor het ontstaan van de VvE niet nodig (vgl. art. 5:124 B.W.).

    Het Hof oordeelde, dat het verweer dat de VvE niet geldig was opgericht niet opging:

    Art. 5:124 B.W., heeft volgens artikel 68a van de Overgangswet Nieuw BW onmiddellijke werking, zodat de Hoge Raad besliste dat de VvE in deze zaak in ieder geval per 1 mei 2005 van rechtswege was ontstaan. Nu de gevorderde bijdragen van daarna dateerden deed het verweer, dat de VvE niet rechtsgeldig opgericht zou zijn, niet ter zake, aldus het Hof.

    De Hoge Raad casseerde, omdat in 1957 – toen deze appartementen gesplitst werden – de VvE niet van rechtswege ontstond. Nu niet was komen vast te staan dat de VvE was opgericht, werden de vorderingen van de VvE tegen de appartementseigenaresse afgewezen.

    Toepasselijkheid algemene bepalingen rechtspersonenrecht op de VvE

    De wettelijke regels voor de VvE moeten mede worden bezien in het licht van de algemene wettelijke regels voor rechtspersonen en de wettelijke regels voor verenigingen.

    Titel 1 van Boek 2 B.W. is op de VvE van toepassing, behoudens de in art. 5:124 lid 2 B.W. genoemde uitzonderingen (art. 5:124 lid 2 B.W.). Dat betekent, dat de bepalingen inzake vernietiging van besluiten van de VvE overeenkomstig van toepassing zijn (zie ook de pagina Algemene bepalingen rechtspersonen).

    Toepasselijkheid verenigingsrecht op de VvE

    Titel 2 van Boek 2 B.W. (Verenigingen) is slechts van toepassing “voor zover de onderhavige Afdeling daarnaar verwijst”  (art. 5:124 lid 3 B.W.). Kennelijk wordt met “onderhavige afdeling” die over de VvE in boek 5 B.W. bedoeld.

    Schulden van de Vereniging van eigenaren

    De rechten uit hoofde van het appartementsrecht volgen de eigenaar daarvan bij overdracht. Op grond van art. 5:113 B.W. zijn de appartementseigenaren hoofdelijk naast de VvE aansprakelijk voor de door de VvE aangegane verplichtingen. Deze gaan op de opvolger over indien aan hem meegedeeld. De oude appartementseigenaar wordt daarbij gekweten (art. 5:113 lid 5 B.W.).

    Bevoegdheden van de VvE

    Aan de VvE komen alle bevoegdheden toe, voor zover die niet door de wet aan een ander orgaan zijn toegekend (art. 5:125 lid 1 B.W.). Dit is vergelijkbaar met de hoofdregel bij alle rechtspersonen, dat de uiteindelijke zeggenschap en bevoegdheden bij de algemene vergadering berusten. We zien dit zowel bij de vereniging als bij de kapitaalvennootschappen.

    Appartementseigenaar van rechtswege lid van de VvE

    Iedere appartementseigenaar is van rechtswege lid van de vereniging van eigenaars. Wanneer een lid ophoudt appartementseigenaar te zijn, eindigt zijn lidmaatschap van rechtswege (art. 5:125 lid 2 B.W.).

    Daarin verschilt het met het lidmaatschap van een ‘gewone’ vereniging, welk lidmaatschap kan eindigen door opzegging. Het lidmaatschap van een VvE is onlosmakelijk verbonden met de eigendom van een appartement waar de VvE bij hoort.

    Besluiten van de VvE kunnen ook buiten de vergadering genomen worden

    De algemene bepaling van verenigingsrecht van art. 2:40 lid 2 B.W., die inhoudt dat een eenstemmig besluit van alle leden buiten een vergadering om dezelfde kracht heeft als een besluit van de algemene vergadering tijdens een vergadering, geldt ook voor de VvE. Wel geldt dat het besluit met voorkennis van het bestuur genomen moet zijn. Dit alles blijkt uit art. 5:125 lid 3 B.W..

    Beheerstaak van de VvE

    De vereniging van eigenaars voert het beheer over de gemeenschap, met uitzondering van de gedeelten die bestemd zijn als afzonderlijk geheel te worden gebruikt (art. 5:126 lid 1 B.W., 1e volzin). De VvE heeft dus géén bevoegdheid ten aanzien van de individuele appartementen.

    De VvE mag ook alleen beheren, niet beschikken.

    Reservefonds van de VvE

    De vereniging houdt een reservefonds in stand ter bestrijding van andere dan de gewone jaarlijkse kosten (art. 5:126 lid 1 B.W., 2e volzin).

    De jaarlijkse reservering ten behoeve van het reservefonds voor een voor bewoning bestemd gebouw, met inbegrip van een gebouw dat gedeeltelijk voor bewoning is bestemd bedraagt op grond van art. 5:126 lid 2 B.W.:

    a. tenminste het bedrag dat is vastgesteld door de vergadering van eigenaars ter uitvoering van een door de vergadering van eigenaars vastgesteld onderhoudsplan van ten hoogste vijf jaren oud voor de gedeelten die niet bestemd zijn om als afzonderlijk geheel te worden gebruikt, dat betrekking heeft op een periode van ten minste tien jaar en waarin de benodigde onderhouds- en herstelwerkzaamheden alsmede de geplande vernieuwingen zijn opgenomen, daaronder mede begrepen een berekening van de aan die werkzaamheden en vernieuwingen verbonden kosten en een gelijkmatige toerekening van die kosten aan de onderscheiden jaren; of

    b. tenminste 0,5% procent van de herbouwwaarde van het gebouw.

    Afzonderlijke bankrekening voor reservefonds VvE

    In een reservefonds ten aanzien van een gebouw als bedoeld in het vorige lid, aanhef, worden de bijdragen gedeponeerd op een afzonderlijke betaalrekening of spaarrekening als bedoeld in art. 1:1 van de Wet op het financieel toezicht, ten name van de VvE (art. 5:126 lid 3 B.W., 1e volzin).

    Hiervan kan slechts worden afgeweken bij reglement, bij besluit van de vergadering van eigenaars, genomen met een meerderheid van ten minste vier vijfde van het aantal stemmen dat aan de appartementseigenaars toekomt, of door middel van het ten behoeve van de bijdragen verstrekken van een bankgarantie ten name van de vereniging van eigenaars (art. 5:126 lid 3 B.W., 2e volzin).

    Aangaan van geldlening door de VvE

    Tenzij het reglement uitdrukkelijk anders bepaalt, is de vereniging bevoegd een overeenkomst van geldlening aan te gaan (art. 5:126 lid 4 B.W.).

    Vertegenwoordiging van de gezamenlijke appartementseigenaars door de VvE

    De vereniging van eigenaars kan binnen de grenzen van haar bevoegdheid de gezamenlijke appartementseigenaars in en buiten rechte vertegenwoordigen (art. 5:126 lid 5 B.W.).

    Optreden VvE tegen appartementseigenaars

    De vereniging ziet toe op de nakoming van de verplichtingen die voor de appartementseigenaars uit het bij of krachtens de wet en het reglement bepaalde jegens elkander voortvloeien en kan te dien einde in rechte tegen hen optreden (art. 5:126 lid 6 B.W.).

    Onder appartementseigenaars wordt hier begrepen hij die een gebruiksrecht aan een appartementseigenaar ontleent. Een huurder bijvoorbeeld.

    Opschorting bevoegdheid VvE wanneer tweederde deel appartementen nog niet is overgedragen

    Zo lang tweederde deel van de appartementsrechten, daaronder mede begrepen het aan die appartementsrechten verbonden aantal stemmen, niet is overgedragen onmiddellijk na oprichting van de vereniging van eigenaars, gaat de vereniging van eigenaars geen overeenkomsten voor onderhoud aan met een langere looptijd dan een jaar (art. 5:126 lid 7 B.W.).

    Vergadering van eigenaars en stemrecht daarin

    Alle appartementseigenaars hebben toegang tot de vergadering van eigenaars (art. 5:127 lid 1 B.W., 1e volzin).

    De besluiten worden genomen bij volstrekte meerderheid van de uitgebrachte stemmen, voor zover de statuten niet anders bepalen (art. 5:127 lid 1 B.W., 2e volzin).

    Aanwijzing voorzitter tijdens vergadering VvE; bijeenroeping VvE

    Tenzij de statuten anders bepalen, wordt de voorzitter van de vergadering van eigenaars door de vergadering uit de leden der vereniging benoemd. Zowel de voorzitter als het bestuur van de vereniging zijn bevoegd de vergadering bijeen te roepen (art. 5:127 lid 2 B.W.).

    Stemrecht bij ondersplitsing

    In geval van ondersplitsing komen de stemmen van de appartementseigenaar wiens recht is gesplitst, toe aan de gerechtigden tot de door de ondersplitsing ontstane appartementsrechten. Deze stemmen worden in de vergadering van eigenaars uitgebracht door het bestuur van de bij de ondersplitsing opgerichte vereniging van eigenaars (art. 5:127 lid 3 B.W.).

    De stemmen behoeven niet eensluidend te worden uitgebracht. De gerechtigden tot de door de ondersplitsing ontstane appartementsrechten zijn bevoegd de vergadering van eigenaars bij te wonen. Het bestuur, bedoeld in de tweede zin, is bevoegd om in de vergadering het woord te voeren.

    Machtiging van de gemeente om in te grijpen als gebouw niet voldoet aan de Omgevingswet

    In geval van een ernstige dreiging van het ontstaan van een situatie waarin een gedeelte van het gebouw dat niet bestemd is voor gebruik als afzonderlijk geheel niet voldoet aan de op grond van art. 4.3 van de Omgevingswet gestelde regels voor het in stand houden van bouwwerken, kan op grond van art. 5:127a lid 1 B.W. de gemeente op haar verzoek worden gemachtigd door de kantonrechter van de rechtbank van het arrondissement waarin het gebouw of het grootste gedeelte daarvan is gelegen om:

    a. een vergadering van eigenaars bijeen te roepen op de wijze als in de statuten bepaald;

    b. de vergadering bij te wonen, daarin het woord te voeren en voorstellen te doen omtrent:

    • het beheer en het onderhoud van de onderscheiden gedeelten van het gebouw;
    • bijdragen aan het reservefonds;
    • het lidmaatschap van een andere vereniging of coöperatie met het oog op het onderhoud van de onderscheiden gedeelten van het gebouw;
    • de samenstelling van het bestuur;
    • het uitbesteden van het beheer aan een professionele beheerder;

    c. anderen dan bestuursleden te belasten met de leiding van de vergadering.

    Bij de oproeping ingevolge het eerste lid wordt vermeld dat zij krachtens rechterlijke machtiging en voor rekening van de gemeente geschiedt. De oproeping, die geschiedt op de wijze zoals is bepaald in het reglement of de statuten van de vereniging van eigenaars, is rechtsgeldig, ook indien mocht blijken dat de machtiging ten onrechte was verleend (art. 5:127a lid 2 B.W.).

    Tegen de beschikking van de kantonrechter is geen rechtsmiddel toegelaten, behoudens cassatie in het belang der wet (art. 5:127a lid 3 B.W.).

    Vaststellen huishoudelijk reglement voor gemeenschappelijke ruimtes door de vergadering van eigenaars

    De vergadering van eigenaars is bevoegd regels te stellen betreffende het gebruik van de gedeelten die niet bestemd zijn als afzonderlijk geheel te worden gebruikt, voor zover het reglement daarover geen bepalingen bevat (art. 5:128 lid 1 B.W.).

    Vordering tot naleving van door VvE vastgestelde regel(s)

    Iedere appartementseigenaar kan een gebruiker vragen te verklaren of hij bereid is een in het vorige lid bedoelde regel na te leven. Is de gebruiker daartoe niet bereid of verklaart hij zich niet, dan kan de kantonrechter binnen wiens rechtsgebied het gebouw of het grootste gedeelte daarvan is gelegen, op verzoek van iedere appartementseigenaar beslissen dat de regel ten aanzien van de gebruiker komt te gelden (art. 5:128 lid 2 B.W.).

    Nietigheid van een besluit van de VvE

    De wettelijke regels voor de VvE moeten als gezegd mede worden bezien in het licht van de algemene wettelijke regels voor rechtspersonen en de wettelijke regels voor verenigingen. Met name wat betreft de nietigheid en vernietigbaarheid van besluiten van de VvE geeft de regeling van de VvE in Boek 5 enkele nadere regels.

    Art. 2:14 lid 1 B.W. bepaalt, dat een besluit van een orgaan van een rechtspersoon nietig is, als het in strijd is met de wet of met de statuten van de rechtspersoon. Dit tenzij uit de wet iets anders voortvloeit.

    Herstel nietig besluit VvE door bekrachtiging

    Art. 2:14 lid 2 B.W. bepaalt, dat als een besluit nietig is, omdat het is genomen ondanks het ontbreken van een door de wet of de statuten voorgeschreven voorafgaande handeling van of mededeling aan een ander dan het orgaan dat het besluit heeft genomen, het dan alsnog door die ander bekrachtigd kan worden. Is voor de ontbrekende handeling een vereiste gesteld, dan geldt dat ook voor de bekrachtiging.

    Voor de VvE bepaalt art. 5:129 lid 1 B.W. in dat verband, dat de akte van splitsing wordt gelijkgesteld met de statuten.

    Vernietiging van een besluit van de VvE wegens strijd met een reglement

    In art. 2:15 B.W. is de vernietigbaarheid van een besluit van een orgaan van een rechtspersoon geregeld. Besluiten van de VvE die strijdig zijn met een reglement zijn dus in beginsel vernietigbaar.

    Voor de VvE bepaalt art. 5:129 lid 2 B.W. echter, dat het reglement dat krachtens art. 5:111 onder d B.W. deel van de akte van splitsing uitmaakt, in het kader van art. 2:15 lid 1, onder c B.W. niet heeft te gelden als een reglement.

    Vernietiging besluit VvE door de Kantonrechter

    Art. 2:15 lid 3 B.W. bepaalt, dat de vernietiging van een besluit van de rechtspersoon geschiedt door een uitspraak van de rechtbank van de woonplaats van de rechtspersoon:

    a. op een vordering tegen de rechtspersoon van iemand die een redelijk belang heeft bij de naleving van de verplichting die niet is nagekomen, of

    b. op vordering van de rechtspersoon zelf, ingesteld krachtens bestuursbesluit tegen degene die door de voorzieningenrechter van de rechtbank is aangewezen op een daartoe gedaan verzoek van de rechtspersoon; in dat geval worden de kosten van het geding door de rechtspersoon gedragen.

    In afwijking van deze bepaling geschiedt de vernietiging van een besluit van een orgaan van de vereniging van eigenaars door een uitspraak van de kantonrechter van de rechtbank van het arrondissement waarin het gebouw (grotendeels) is gelegen, op verzoek van degene die de vernietiging krachtens dit lid kan vorderen (art. 5:130 lid 1 B.W.).

    Procedure tot vernietiging van een besluit van de VvE; termijn

    Het verzoek tot vernietiging moet worden gedaan binnen een maand na de dag waarop de verzoeker van het besluit heeft kennis genomen of heeft kunnen kennis nemen (art. 5:130 lid 2 B.W.).

    De verzoeker, alle andere stemgerechtigden en de vereniging van eigenaars worden bij name opgeroepen om op het verzoek te worden gehoord. Hoger beroep kan slechts worden ingesteld binnen een maand na de dagtekening der eindbeschikking (art. 5:130 lid 3 B.W.).

    De rechter voor wie het verzoek aanhangig is, is bevoegd het besluit te schorsen totdat op het verzoek onherroepelijk is beslist (art. 5:130 lid 4 B.W.).

    Wijziging van de splitsingsakte

    De wet kent voor de wijziging van de splitsingsakte een aparte afdeling. Zie de pagina Wijziging en opheffing van splitsing van appartementen (Afd. 4) (art. 5:139 B.W. tot en met art. 5:147 B.W.).

    Bestuur van de Vereniging van Eigenaars (VvE)

    Het bestuur van de vereniging wordt gevormd door één bestuurder, tenzij de statuten bepalen dat er twee of meer zullen zijn. In het laatste geval wordt de vereniging, voor zover in de statuten niet anders is bepaald, tegenover derden door ieder der bestuurders vertegenwoordigd (art. 5:131 lid 1 B.W.).

    Schorsing en ontslag bestuur VvE

    Het bestuur wordt door de vergadering van eigenaars, al dan niet uit de leden, benoemd en kan te allen tijde door haar worden geschorst of ontslagen. Een veroordeling tot herstel van de dienstbetrekking tussen de vereniging en een bestuurder kan door de rechter niet worden uitgesproken (art. 5:131 lid 2 B.W.).

    Taak bestuur VvE

    Voor zover de statuten niet anders bepalen, beheert het bestuur de middelen der vereniging en draagt het zorg voor de tenuitvoerlegging van de besluiten van de vergadering van eigenaars (art. 5:131 lid 3 B.W.).

    Aanwijzingen aan bestuur VvE door de vergadering van eigenaars

    Bij besluit van de vergadering van eigenaars kan van het vorige lid worden afgeweken en kunnen aan het bestuur aanwijzingen met betrekking tot de uitoefening van zijn taak worden gegeven. Deze besluiten kunnen niet worden ingeroepen tegen de wederpartij, tenzij zij haar bekend waren of behoorden te zijn (art. 5:131 lid 4 B.W.).

    Belet en ontstentenis bestuur VvE

    Bij belet of ontstentenis van het bestuur wordt dit vervangen door de voorzitter van de vergadering van eigenaars, tenzij in de statuten of door de vergadering een andere voorziening is getroffen (art. 5:133 lid 1 B.W.).

    Tegenstrijdig belang VvE of gezamenlijke appartementseigenaren met bestuur VvE

    In gevallen waarin de vereniging of de gezamenlijke appartementseigenaars een belang hebben, tegenstrijdig met dat van een bestuurder, treedt de voorzitter van de vergadering van eigenaars bij belet of ontstentenis van andere bestuurders eveneens in de plaats van het bestuur (art. 5:133 lid 2 B.W.).

    Toegang bestuur VvE of door deze aangewezen personen tot een appartement

    De appartementseigenaars en de gebruikers van de voor het gebruik als afzonderlijk geheel bestemde gedeelten zijn verplicht een bestuurder en door hem aan te wijzen personen toegang tot die gedeelten te verschaffen, wanneer dit voor de vervulling van de taak van het bestuur noodzakelijk is (art. 5:132 B.W.).

    Deze bepaling staat tussen bepalingen over meer vergadertechnische regels, maar leek hier beter op haar plek. Het kan bvb. zijn dat installateurs toegang moeten hebben tot een appartement om onderhoudstaken uit te voeren.

    Exploten aan de gezamenlijke appartementseigenaren

    Exploten en kennisgevingen, gericht tot de gezamenlijke appartementseigenaars, kunnen aan de persoon of de woonplaats van een bestuurder van de vereniging worden gedaan; zij behoeven dan niet de namen en de woonplaatsen van de appartementseigenaars te bevatten (art. 5:134 lid 1 B.W.).

    Dat scheelt de opsteller van het exploot of de kennisgeving een hoop werk. De VvE en haar bestuurder staan ingeschreven in de KvK, en die gegevens kunnen dus eenvoudig en tegen minder kosten achterhaald worden.

    De bestuurder deelt de appartementseigenaars onverwijld de inhoud van het exploit of de kennisgeving mee (art. 5:134 lid 1 B.W.). Dat is natuurlijk wel zo handig.

    Toekenning vertegenwoordigingsbevoegdheden aan anderen dan het bestuur zelf

    In art. 2:45 lid 4 B.W. is voor de vereniging bepaald, dat de statuten kunnen ook aan andere personen dan bestuurders bevoegdheid tot vertegenwoordiging toekennen. Deze bepaling geldt ook bij de VvE.

    Verslaglegging door het bestuur

    Het voor de vereniging bepaalde in art. 2:48 B.W. geldt krachtens art. 5:135 B.W. ook voor de VvE.

    Bestuursverslag VvE binnen 6 maanden na einde boekjaar

    Dat houdt in, dat het bestuur brengt op een algemene vergadering binnen zes maanden na afloop van het boekjaar, behoudens verlenging van deze termijn door de algemene vergadering, een bestuursverslag uit over de gang van zaken in de vereniging en over het gevoerde beleid. Het legt de balans en de staat van baten en lasten met een toelichting ter goedkeuring aan de vergadering over.

    Deze stukken worden ondertekend door de bestuurders en commissarissen; ontbreekt de ondertekening van een of meer hunner, dan wordt daarvan onder opgave van redenen melding gemaakt. Na verloop van de termijn kan ieder lid van de gezamenlijke bestuurders in rechte vorderen dat zij deze verplichtingen nakomen (art. 2:48 lid 1 B.W.).

    Raad van Commissarissen VvE, accountantsverklaring of Kascommissie

    Ontbreekt een raad van commissarissen en wordt omtrent de getrouwheid van de stukken aan de algemene vergadering niet overgelegd een verklaring afkomstig van een accountant als bedoeld in art. 2:393 lid 1 B.W., dan benoemt de algemene vergadering jaarlijks een commissie van ten minste twee leden die geen deel van het bestuur mogen uitmaken. De commissie onderzoekt de stukken bedoeld in de tweede zin van lid 1, en brengt aan de algemene vergadering verslag van haar bevindingen uit. Het bestuur is verplicht de commissie ten behoeve van haar onderzoek alle door haar gevraagde inlichtingen te verschaffen, haar desgewenst de kas en de waarden te tonen en de boeken, bescheiden en andere gegevensdragers van de vereniging voor raadpleging beschikbaar te stellen (art. 2:48 lid 2 B.W.).

    VvE die een of meer ondernemingen exploiteert

    Een vereniging die een of meer ondernemingen in stand houdt welke ingevolge de wet in het handelsregister moeten worden ingeschreven, vermeldt bij de staat van baten en lasten de netto-omzet van deze ondernemingen (art. 2:48 lid 3 B.W.).

    Relevante jurisprudentie

    Hof Den Haag 7 december 2010 (Gem. Den Haag/NN) – appartementseigenaar als lid van de VvE hoofdelijk aansprakelijk voor de kosten in verband met aanzegging bestuursdwang wegens gebreken

    Auteur & Last edit

    [MdV, 15-08-2018; laatste bewerking 14-03-2024]

    Vereniging van eigenaren (Afd. 2, Titel 9, Boek 5 B.W.)

    Cicero Law Pack software advocaten juridische activiteiten online

    Praktizijns

    Pagina inhoud

      Vereniging van eigenaren (Afd. 2, Titel 9, Boek 5 B.W.)

      Inleiding vereniging van eigenaren

      Voor het gezamenlijk beheer van appartementsrechten is een vereniging van eigenaren nodig (of zoals de wet het noemt: “vereniging van eigenaars”). In de praktijk vaak afgekort als “VvE”. Zie over het meervoud met -s of met -en ook het interessante lemma op de website van Onze Taal.

      Is het leraars of leraren? Is het handelaars of handelaren? Is het metselaars of metselaren? Ínteresting!

      De wettelijke regeling van de VvE is opgenomen in Afd. 2, Titel 9 van Boek 5 B.W.. De regeling omvat 13 bepalingen (art. 5:124 B.W. tot en met art. 5:135 B.W.).

      Wetsgeschiedenis regeling VvE

      De regeling is enkele keren gewijzigd. Tot 1972 was het appartementsrecht geregeld in de art. 638a-638t (oud) B.W.. Deze bepalingen schreven niet de oprichting van een rechtspersoonlijkheid bezittende vereniging van eigenaars voor, maar regelden slechts de vorm van haar organisatie voor het geval zij werd opgericht.

      Bij wetswijziging van 1972 (Wet van 7 september 1972, Stb. 467) is de oprichting van een vereniging van eigenaars verplicht gesteld in geval van splitsing van een gebouw in appartementen (art. 875e lid 1, aanhef en onder d, (oud) BW). Ingevolge art. 875f lid 1, aanhef en onder e, (oud) B.W., deed het ondertekenen van een splitsingsakte echter niet zonder meer een vereniging van eigenaars ontstaan. Dit was pas het geval indien de splitsingsakte mede de akte van oprichting en de statuten van een VvE inhield.

      Bij de invoering van de huidige wet in 1992 is art. 875f lid 1, aanhef en onder e, (oud) B.W. vernummerd tot art. 5:112 lid 1, aanhef en onder e B.W..

      Bij Wet van 19 februari 2005, in werking getreden op 1 mei 2005, Stb. 160, is art. 5:125 lid 3 B.W. komen te vervallen. Hierin werd bepaald dat indien op het tijdstip van de inschrijving van de splitsingsakte alle appartementsrechten nog aan één persoon of dezelfde personen toebehoren, de vereniging van eigenaars eerst ontstaat zodra de appartementsrechten aan verschillende personen toebehoren (vgl. Kamerstukken II 2002-2003, 28 614, nr. 3, p. 6).

      De Vereniging van Eigenaren (VvE) is een rechtspersoon

      De VvE is een rechtspersoon in de zin van Boek 2 B.W. (Rechtspersonen) (art. 5:124 lid 1 B.W.).

      Deze titel is bij wet van 19 februari 2005, Stb. 160 per 1 mei 2005 ingrijpend gewijzigd. Door de invoering van deze wet per 1 mei 2005 ontstaat de rechtspersoon ‘vereniging van eigenaars’ door de ondertekening van de akte van splitsing. Blijkens het arrest HR 12 april 2013 (erfgenaam appartementsrecht/VvE) is een oprichtingshandeling als waarop artikel 2:4 B.W. ziet voor het ontstaan van de VvE niet nodig (vgl. art. 5:124 B.W.).

      Het Hof oordeelde, dat het verweer dat de VvE niet geldig was opgericht niet opging:

      Art. 5:124 B.W., heeft volgens artikel 68a van de Overgangswet Nieuw BW onmiddellijke werking, zodat de Hoge Raad besliste dat de VvE in deze zaak in ieder geval per 1 mei 2005 van rechtswege was ontstaan. Nu de gevorderde bijdragen van daarna dateerden deed het verweer, dat de VvE niet rechtsgeldig opgericht zou zijn, niet ter zake, aldus het Hof.

      De Hoge Raad casseerde, omdat in 1957 – toen deze appartementen gesplitst werden – de VvE niet van rechtswege ontstond. Nu niet was komen vast te staan dat de VvE was opgericht, werden de vorderingen van de VvE tegen de appartementseigenaresse afgewezen.

      Toepasselijkheid algemene bepalingen rechtspersonenrecht op de VvE

      De wettelijke regels voor de VvE moeten mede worden bezien in het licht van de algemene wettelijke regels voor rechtspersonen en de wettelijke regels voor verenigingen.

      Titel 1 van Boek 2 B.W. is op de VvE van toepassing, behoudens de in art. 5:124 lid 2 B.W. genoemde uitzonderingen (art. 5:124 lid 2 B.W.). Dat betekent, dat de bepalingen inzake vernietiging van besluiten van de VvE overeenkomstig van toepassing zijn (zie ook de pagina Algemene bepalingen rechtspersonen).

      Toepasselijkheid verenigingsrecht op de VvE

      Titel 2 van Boek 2 B.W. (Verenigingen) is slechts van toepassing “voor zover de onderhavige Afdeling daarnaar verwijst”  (art. 5:124 lid 3 B.W.). Kennelijk wordt met “onderhavige afdeling” die over de VvE in boek 5 B.W. bedoeld.

      Schulden van de Vereniging van eigenaren

      De rechten uit hoofde van het appartementsrecht volgen de eigenaar daarvan bij overdracht. Op grond van art. 5:113 B.W. zijn de appartementseigenaren hoofdelijk naast de VvE aansprakelijk voor de door de VvE aangegane verplichtingen. Deze gaan op de opvolger over indien aan hem meegedeeld. De oude appartementseigenaar wordt daarbij gekweten (art. 5:113 lid 5 B.W.).

      Bevoegdheden van de VvE

      Aan de VvE komen alle bevoegdheden toe, voor zover die niet door de wet aan een ander orgaan zijn toegekend (art. 5:125 lid 1 B.W.). Dit is vergelijkbaar met de hoofdregel bij alle rechtspersonen, dat de uiteindelijke zeggenschap en bevoegdheden bij de algemene vergadering berusten. We zien dit zowel bij de vereniging als bij de kapitaalvennootschappen.

      Appartementseigenaar van rechtswege lid van de VvE

      Iedere appartementseigenaar is van rechtswege lid van de vereniging van eigenaars. Wanneer een lid ophoudt appartementseigenaar te zijn, eindigt zijn lidmaatschap van rechtswege (art. 5:125 lid 2 B.W.).

      Daarin verschilt het met het lidmaatschap van een ‘gewone’ vereniging, welk lidmaatschap kan eindigen door opzegging. Het lidmaatschap van een VvE is onlosmakelijk verbonden met de eigendom van een appartement waar de VvE bij hoort.

      Besluiten van de VvE kunnen ook buiten de vergadering genomen worden

      De algemene bepaling van verenigingsrecht van art. 2:40 lid 2 B.W., die inhoudt dat een eenstemmig besluit van alle leden buiten een vergadering om dezelfde kracht heeft als een besluit van de algemene vergadering tijdens een vergadering, geldt ook voor de VvE. Wel geldt dat het besluit met voorkennis van het bestuur genomen moet zijn. Dit alles blijkt uit art. 5:125 lid 3 B.W..

      Beheerstaak van de VvE

      De vereniging van eigenaars voert het beheer over de gemeenschap, met uitzondering van de gedeelten die bestemd zijn als afzonderlijk geheel te worden gebruikt (art. 5:126 lid 1 B.W., 1e volzin). De VvE heeft dus géén bevoegdheid ten aanzien van de individuele appartementen.

      De VvE mag ook alleen beheren, niet beschikken.

      Reservefonds van de VvE

      De vereniging houdt een reservefonds in stand ter bestrijding van andere dan de gewone jaarlijkse kosten (art. 5:126 lid 1 B.W., 2e volzin).

      De jaarlijkse reservering ten behoeve van het reservefonds voor een voor bewoning bestemd gebouw, met inbegrip van een gebouw dat gedeeltelijk voor bewoning is bestemd bedraagt op grond van art. 5:126 lid 2 B.W.:

      a. tenminste het bedrag dat is vastgesteld door de vergadering van eigenaars ter uitvoering van een door de vergadering van eigenaars vastgesteld onderhoudsplan van ten hoogste vijf jaren oud voor de gedeelten die niet bestemd zijn om als afzonderlijk geheel te worden gebruikt, dat betrekking heeft op een periode van ten minste tien jaar en waarin de benodigde onderhouds- en herstelwerkzaamheden alsmede de geplande vernieuwingen zijn opgenomen, daaronder mede begrepen een berekening van de aan die werkzaamheden en vernieuwingen verbonden kosten en een gelijkmatige toerekening van die kosten aan de onderscheiden jaren; of

      b. tenminste 0,5% procent van de herbouwwaarde van het gebouw.

      Afzonderlijke bankrekening voor reservefonds VvE

      In een reservefonds ten aanzien van een gebouw als bedoeld in het vorige lid, aanhef, worden de bijdragen gedeponeerd op een afzonderlijke betaalrekening of spaarrekening als bedoeld in art. 1:1 van de Wet op het financieel toezicht, ten name van de VvE (art. 5:126 lid 3 B.W., 1e volzin).

      Hiervan kan slechts worden afgeweken bij reglement, bij besluit van de vergadering van eigenaars, genomen met een meerderheid van ten minste vier vijfde van het aantal stemmen dat aan de appartementseigenaars toekomt, of door middel van het ten behoeve van de bijdragen verstrekken van een bankgarantie ten name van de vereniging van eigenaars (art. 5:126 lid 3 B.W., 2e volzin).

      Aangaan van geldlening door de VvE

      Tenzij het reglement uitdrukkelijk anders bepaalt, is de vereniging bevoegd een overeenkomst van geldlening aan te gaan (art. 5:126 lid 4 B.W.).

      Vertegenwoordiging van de gezamenlijke appartementseigenaars door de VvE

      De vereniging van eigenaars kan binnen de grenzen van haar bevoegdheid de gezamenlijke appartementseigenaars in en buiten rechte vertegenwoordigen (art. 5:126 lid 5 B.W.).

      Optreden VvE tegen appartementseigenaars

      De vereniging ziet toe op de nakoming van de verplichtingen die voor de appartementseigenaars uit het bij of krachtens de wet en het reglement bepaalde jegens elkander voortvloeien en kan te dien einde in rechte tegen hen optreden (art. 5:126 lid 6 B.W.).

      Onder appartementseigenaars wordt hier begrepen hij die een gebruiksrecht aan een appartementseigenaar ontleent. Een huurder bijvoorbeeld.

      Opschorting bevoegdheid VvE wanneer tweederde deel appartementen nog niet is overgedragen

      Zo lang tweederde deel van de appartementsrechten, daaronder mede begrepen het aan die appartementsrechten verbonden aantal stemmen, niet is overgedragen onmiddellijk na oprichting van de vereniging van eigenaars, gaat de vereniging van eigenaars geen overeenkomsten voor onderhoud aan met een langere looptijd dan een jaar (art. 5:126 lid 7 B.W.).

      Vergadering van eigenaars en stemrecht daarin

      Alle appartementseigenaars hebben toegang tot de vergadering van eigenaars (art. 5:127 lid 1 B.W., 1e volzin).

      De besluiten worden genomen bij volstrekte meerderheid van de uitgebrachte stemmen, voor zover de statuten niet anders bepalen (art. 5:127 lid 1 B.W., 2e volzin).

      Aanwijzing voorzitter tijdens vergadering VvE; bijeenroeping VvE

      Tenzij de statuten anders bepalen, wordt de voorzitter van de vergadering van eigenaars door de vergadering uit de leden der vereniging benoemd. Zowel de voorzitter als het bestuur van de vereniging zijn bevoegd de vergadering bijeen te roepen (art. 5:127 lid 2 B.W.).

      Stemrecht bij ondersplitsing

      In geval van ondersplitsing komen de stemmen van de appartementseigenaar wiens recht is gesplitst, toe aan de gerechtigden tot de door de ondersplitsing ontstane appartementsrechten. Deze stemmen worden in de vergadering van eigenaars uitgebracht door het bestuur van de bij de ondersplitsing opgerichte vereniging van eigenaars (art. 5:127 lid 3 B.W.).

      De stemmen behoeven niet eensluidend te worden uitgebracht. De gerechtigden tot de door de ondersplitsing ontstane appartementsrechten zijn bevoegd de vergadering van eigenaars bij te wonen. Het bestuur, bedoeld in de tweede zin, is bevoegd om in de vergadering het woord te voeren.

      Machtiging van de gemeente om in te grijpen als gebouw niet voldoet aan de Omgevingswet

      In geval van een ernstige dreiging van het ontstaan van een situatie waarin een gedeelte van het gebouw dat niet bestemd is voor gebruik als afzonderlijk geheel niet voldoet aan de op grond van art. 4.3 van de Omgevingswet gestelde regels voor het in stand houden van bouwwerken, kan op grond van art. 5:127a lid 1 B.W. de gemeente op haar verzoek worden gemachtigd door de kantonrechter van de rechtbank van het arrondissement waarin het gebouw of het grootste gedeelte daarvan is gelegen om:

      a. een vergadering van eigenaars bijeen te roepen op de wijze als in de statuten bepaald;

      b. de vergadering bij te wonen, daarin het woord te voeren en voorstellen te doen omtrent:

      • het beheer en het onderhoud van de onderscheiden gedeelten van het gebouw;
      • bijdragen aan het reservefonds;
      • het lidmaatschap van een andere vereniging of coöperatie met het oog op het onderhoud van de onderscheiden gedeelten van het gebouw;
      • de samenstelling van het bestuur;
      • het uitbesteden van het beheer aan een professionele beheerder;

      c. anderen dan bestuursleden te belasten met de leiding van de vergadering.

      Bij de oproeping ingevolge het eerste lid wordt vermeld dat zij krachtens rechterlijke machtiging en voor rekening van de gemeente geschiedt. De oproeping, die geschiedt op de wijze zoals is bepaald in het reglement of de statuten van de vereniging van eigenaars, is rechtsgeldig, ook indien mocht blijken dat de machtiging ten onrechte was verleend (art. 5:127a lid 2 B.W.).

      Tegen de beschikking van de kantonrechter is geen rechtsmiddel toegelaten, behoudens cassatie in het belang der wet (art. 5:127a lid 3 B.W.).

      Vaststellen huishoudelijk reglement voor gemeenschappelijke ruimtes door de vergadering van eigenaars

      De vergadering van eigenaars is bevoegd regels te stellen betreffende het gebruik van de gedeelten die niet bestemd zijn als afzonderlijk geheel te worden gebruikt, voor zover het reglement daarover geen bepalingen bevat (art. 5:128 lid 1 B.W.).

      Vordering tot naleving van door VvE vastgestelde regel(s)

      Iedere appartementseigenaar kan een gebruiker vragen te verklaren of hij bereid is een in het vorige lid bedoelde regel na te leven. Is de gebruiker daartoe niet bereid of verklaart hij zich niet, dan kan de kantonrechter binnen wiens rechtsgebied het gebouw of het grootste gedeelte daarvan is gelegen, op verzoek van iedere appartementseigenaar beslissen dat de regel ten aanzien van de gebruiker komt te gelden (art. 5:128 lid 2 B.W.).

      Nietigheid van een besluit van de VvE

      De wettelijke regels voor de VvE moeten als gezegd mede worden bezien in het licht van de algemene wettelijke regels voor rechtspersonen en de wettelijke regels voor verenigingen. Met name wat betreft de nietigheid en vernietigbaarheid van besluiten van de VvE geeft de regeling van de VvE in Boek 5 enkele nadere regels.

      Art. 2:14 lid 1 B.W. bepaalt, dat een besluit van een orgaan van een rechtspersoon nietig is, als het in strijd is met de wet of met de statuten van de rechtspersoon. Dit tenzij uit de wet iets anders voortvloeit.

      Herstel nietig besluit VvE door bekrachtiging

      Art. 2:14 lid 2 B.W. bepaalt, dat als een besluit nietig is, omdat het is genomen ondanks het ontbreken van een door de wet of de statuten voorgeschreven voorafgaande handeling van of mededeling aan een ander dan het orgaan dat het besluit heeft genomen, het dan alsnog door die ander bekrachtigd kan worden. Is voor de ontbrekende handeling een vereiste gesteld, dan geldt dat ook voor de bekrachtiging.

      Voor de VvE bepaalt art. 5:129 lid 1 B.W. in dat verband, dat de akte van splitsing wordt gelijkgesteld met de statuten.

      Vernietiging van een besluit van de VvE wegens strijd met een reglement

      In art. 2:15 B.W. is de vernietigbaarheid van een besluit van een orgaan van een rechtspersoon geregeld. Besluiten van de VvE die strijdig zijn met een reglement zijn dus in beginsel vernietigbaar.

      Voor de VvE bepaalt art. 5:129 lid 2 B.W. echter, dat het reglement dat krachtens art. 5:111 onder d B.W. deel van de akte van splitsing uitmaakt, in het kader van art. 2:15 lid 1, onder c B.W. niet heeft te gelden als een reglement.

      Vernietiging besluit VvE door de Kantonrechter

      Art. 2:15 lid 3 B.W. bepaalt, dat de vernietiging van een besluit van de rechtspersoon geschiedt door een uitspraak van de rechtbank van de woonplaats van de rechtspersoon:

      a. op een vordering tegen de rechtspersoon van iemand die een redelijk belang heeft bij de naleving van de verplichting die niet is nagekomen, of

      b. op vordering van de rechtspersoon zelf, ingesteld krachtens bestuursbesluit tegen degene die door de voorzieningenrechter van de rechtbank is aangewezen op een daartoe gedaan verzoek van de rechtspersoon; in dat geval worden de kosten van het geding door de rechtspersoon gedragen.

      In afwijking van deze bepaling geschiedt de vernietiging van een besluit van een orgaan van de vereniging van eigenaars door een uitspraak van de kantonrechter van de rechtbank van het arrondissement waarin het gebouw (grotendeels) is gelegen, op verzoek van degene die de vernietiging krachtens dit lid kan vorderen (art. 5:130 lid 1 B.W.).

      Procedure tot vernietiging van een besluit van de VvE; termijn

      Het verzoek tot vernietiging moet worden gedaan binnen een maand na de dag waarop de verzoeker van het besluit heeft kennis genomen of heeft kunnen kennis nemen (art. 5:130 lid 2 B.W.).

      De verzoeker, alle andere stemgerechtigden en de vereniging van eigenaars worden bij name opgeroepen om op het verzoek te worden gehoord. Hoger beroep kan slechts worden ingesteld binnen een maand na de dagtekening der eindbeschikking (art. 5:130 lid 3 B.W.).

      De rechter voor wie het verzoek aanhangig is, is bevoegd het besluit te schorsen totdat op het verzoek onherroepelijk is beslist (art. 5:130 lid 4 B.W.).

      Wijziging van de splitsingsakte

      De wet kent voor de wijziging van de splitsingsakte een aparte afdeling. Zie de pagina Wijziging en opheffing van splitsing van appartementen (Afd. 4) (art. 5:139 B.W. tot en met art. 5:147 B.W.).

      Bestuur van de Vereniging van Eigenaars (VvE)

      Het bestuur van de vereniging wordt gevormd door één bestuurder, tenzij de statuten bepalen dat er twee of meer zullen zijn. In het laatste geval wordt de vereniging, voor zover in de statuten niet anders is bepaald, tegenover derden door ieder der bestuurders vertegenwoordigd (art. 5:131 lid 1 B.W.).

      Schorsing en ontslag bestuur VvE

      Het bestuur wordt door de vergadering van eigenaars, al dan niet uit de leden, benoemd en kan te allen tijde door haar worden geschorst of ontslagen. Een veroordeling tot herstel van de dienstbetrekking tussen de vereniging en een bestuurder kan door de rechter niet worden uitgesproken (art. 5:131 lid 2 B.W.).

      Taak bestuur VvE

      Voor zover de statuten niet anders bepalen, beheert het bestuur de middelen der vereniging en draagt het zorg voor de tenuitvoerlegging van de besluiten van de vergadering van eigenaars (art. 5:131 lid 3 B.W.).

      Aanwijzingen aan bestuur VvE door de vergadering van eigenaars

      Bij besluit van de vergadering van eigenaars kan van het vorige lid worden afgeweken en kunnen aan het bestuur aanwijzingen met betrekking tot de uitoefening van zijn taak worden gegeven. Deze besluiten kunnen niet worden ingeroepen tegen de wederpartij, tenzij zij haar bekend waren of behoorden te zijn (art. 5:131 lid 4 B.W.).

      Belet en ontstentenis bestuur VvE

      Bij belet of ontstentenis van het bestuur wordt dit vervangen door de voorzitter van de vergadering van eigenaars, tenzij in de statuten of door de vergadering een andere voorziening is getroffen (art. 5:133 lid 1 B.W.).

      Tegenstrijdig belang VvE of gezamenlijke appartementseigenaren met bestuur VvE

      In gevallen waarin de vereniging of de gezamenlijke appartementseigenaars een belang hebben, tegenstrijdig met dat van een bestuurder, treedt de voorzitter van de vergadering van eigenaars bij belet of ontstentenis van andere bestuurders eveneens in de plaats van het bestuur (art. 5:133 lid 2 B.W.).

      Toegang bestuur VvE of door deze aangewezen personen tot een appartement

      De appartementseigenaars en de gebruikers van de voor het gebruik als afzonderlijk geheel bestemde gedeelten zijn verplicht een bestuurder en door hem aan te wijzen personen toegang tot die gedeelten te verschaffen, wanneer dit voor de vervulling van de taak van het bestuur noodzakelijk is (art. 5:132 B.W.).

      Deze bepaling staat tussen bepalingen over meer vergadertechnische regels, maar leek hier beter op haar plek. Het kan bvb. zijn dat installateurs toegang moeten hebben tot een appartement om onderhoudstaken uit te voeren.

      Exploten aan de gezamenlijke appartementseigenaren

      Exploten en kennisgevingen, gericht tot de gezamenlijke appartementseigenaars, kunnen aan de persoon of de woonplaats van een bestuurder van de vereniging worden gedaan; zij behoeven dan niet de namen en de woonplaatsen van de appartementseigenaars te bevatten (art. 5:134 lid 1 B.W.).

      Dat scheelt de opsteller van het exploot of de kennisgeving een hoop werk. De VvE en haar bestuurder staan ingeschreven in de KvK, en die gegevens kunnen dus eenvoudig en tegen minder kosten achterhaald worden.

      De bestuurder deelt de appartementseigenaars onverwijld de inhoud van het exploit of de kennisgeving mee (art. 5:134 lid 1 B.W.). Dat is natuurlijk wel zo handig.

      Toekenning vertegenwoordigingsbevoegdheden aan anderen dan het bestuur zelf

      In art. 2:45 lid 4 B.W. is voor de vereniging bepaald, dat de statuten kunnen ook aan andere personen dan bestuurders bevoegdheid tot vertegenwoordiging toekennen. Deze bepaling geldt ook bij de VvE.

      Verslaglegging door het bestuur

      Het voor de vereniging bepaalde in art. 2:48 B.W. geldt krachtens art. 5:135 B.W. ook voor de VvE.

      Bestuursverslag VvE binnen 6 maanden na einde boekjaar

      Dat houdt in, dat het bestuur brengt op een algemene vergadering binnen zes maanden na afloop van het boekjaar, behoudens verlenging van deze termijn door de algemene vergadering, een bestuursverslag uit over de gang van zaken in de vereniging en over het gevoerde beleid. Het legt de balans en de staat van baten en lasten met een toelichting ter goedkeuring aan de vergadering over.

      Deze stukken worden ondertekend door de bestuurders en commissarissen; ontbreekt de ondertekening van een of meer hunner, dan wordt daarvan onder opgave van redenen melding gemaakt. Na verloop van de termijn kan ieder lid van de gezamenlijke bestuurders in rechte vorderen dat zij deze verplichtingen nakomen (art. 2:48 lid 1 B.W.).

      Raad van Commissarissen VvE, accountantsverklaring of Kascommissie

      Ontbreekt een raad van commissarissen en wordt omtrent de getrouwheid van de stukken aan de algemene vergadering niet overgelegd een verklaring afkomstig van een accountant als bedoeld in art. 2:393 lid 1 B.W., dan benoemt de algemene vergadering jaarlijks een commissie van ten minste twee leden die geen deel van het bestuur mogen uitmaken. De commissie onderzoekt de stukken bedoeld in de tweede zin van lid 1, en brengt aan de algemene vergadering verslag van haar bevindingen uit. Het bestuur is verplicht de commissie ten behoeve van haar onderzoek alle door haar gevraagde inlichtingen te verschaffen, haar desgewenst de kas en de waarden te tonen en de boeken, bescheiden en andere gegevensdragers van de vereniging voor raadpleging beschikbaar te stellen (art. 2:48 lid 2 B.W.).

      VvE die een of meer ondernemingen exploiteert

      Een vereniging die een of meer ondernemingen in stand houdt welke ingevolge de wet in het handelsregister moeten worden ingeschreven, vermeldt bij de staat van baten en lasten de netto-omzet van deze ondernemingen (art. 2:48 lid 3 B.W.).

      Relevante jurisprudentie

      Hof Den Haag 7 december 2010 (Gem. Den Haag/NN) – appartementseigenaar als lid van de VvE hoofdelijk aansprakelijk voor de kosten in verband met aanzegging bestuursdwang wegens gebreken

      Auteur & Last edit

      [MdV, 15-08-2018; laatste bewerking 14-03-2024]

      Vereniging van eigenaren (Afd. 2, Titel 9, Boek 5 B.W.)

      Zoeken binnen de kennisbank

      Lawyrup, jouw gratis kennisbank over burgerlijk (proces)recht!